Hoe zou het zijn……Wanneer jij niet meer bezorgd bent over de emoties van je kind?

Je hoort het jezelf denken en wellicht spreek je je frustratie uit:

het kan ook nooit ‘gewoon’.

Dagje uit? Huilen

Naar bed? Huilen

In de speeltuin? Huilen

Samen koekjes bakken? Huilen

Je bent bezorgd. Jij wil heel graag iets ondernemen met je kind zonder dat daar huilen bij aanwezig is. Je wil het graag leuk hebben met je kind en je vindt het lastig om ervan te genieten.

 

Huilen is voor een kind het laatste redmiddel om aan te geven dat er iets is.

Daarvoor heeft je kind al signalen afgegeven maar die zijn ongemerkt gebleven. Begrijpelijk!

Want sommige signalenen die zijn moeilijk te zien.

Denk bijvoorbeeld aan het signaal onduidelijkheid.

Maar hoe ziet signaal onduidelijkheid eruit?

Neem even in gedachten, jullie zijn een dagje uit en het is tijd dat je kind even een slaapje doet omdat het anders een te lange dag voor hem is. Voor jou is het heel duidelijk dat hij zijn slaapje in de wagen doet! Jouw kind gaat signalen afgeven: Je kind gooit zijn speen uit de wagen of zijn slaapknuffel. Je kind schopt of gaat rechtop zitten. Signalen van onduidelijkheid. De gedachten die je kind kan hebben zijn: in de wagen slapen? Waar is mijn slaapzak dan? En mijn deken? Uh…zoveel mensen wanneer ik ga slapen en jij blijft bij mij wanneer ik moet slapen? Vreemd! Na de signalen gaat je kind huilen omdat het nog niet taalvaardig is om deze gedachten met jou te delen.

Wat helpend is in zo’n situatie dat jij degene bent die zijn gedachten gaat uitspreken. Maar eerst vertellen wat je gaat doen.

 

Het is tijd om te slapen en dat doen we vandaag in de wagen.

Dit is anders hè dit is niet je bed.

Je hoort mensen praten.

Je gooit je knuffel uit de wagen, je wil vertellen dat het lastig is om te slapen.

Toch gaan we even rusten.

Als rusten klaar is ga je weer uit de wagen.

 

Wellicht kan ik meer voor jou betekenen.

Hoe zou het zijn....

Hoe zou het zijn….

Wanneer je niet meer geraakt bent door de emotie van je kind?

 

Neem even in gedachten: je bent met je zoontje op verjaardagsvisite bij je zus.

Je zus haar dochtertje is jarig en ze is 3 jaar geworden.

Alle andere neefjes en nichtjes zijn er ook en het is echt een meidenfeestje.

Prinses ballonnen, prinsessen taart en je nichtje draagt uiteraard een mooie prinsessenjurk. Heel veel cadeautjes, kaarsjes uitblazen, zingen en alle aandacht voor de jarige prinses.

 

Je zoontje zit bij jou op schoot en wil niet spelen.

Je moedigt je zoontje aan om fijn te gaan spelen met zijn neefjes en nichtjes.

De visite doet mee en moedigt ook je zoontje aan om te spelen en ze gaan conclusies trekken: hij is een beetje verlegen zeker? Nou nee hoor zeg je vriendelijk.

Hij wil natuurlijk ook cadeautjes en hij is nu jaloers. Je lacht wat ongemakkelijk en je denkt: hè wat een nare aannames, mijn zoontje is helemaal niet verlegen of jaloers.

 

Uiteindelijk mengt je zoontje zich tussen alle neefjes en nichtjes in en gaat fijn spelen.

Jij geniet en je eet van heerlijke prinsessentaart.

Heerlijk kletsen met de visite en tussendoor kijk je naar je zoontje die met de jarige prinses speelt. Ze zijn aan het spelen met het prinsessenhuis en je zoon pakt iets uit het prinsessenhuis. De jarige prinses wordt boos want dat is niet de bedoeling dat haar neefje aan haar spulletjes komt. De jarige prinses duwt zonder pardon je zoontje en valt op de grond. Ze gaat er ook nog even bovenop zitten en jij ziet het gebeuren. Je zoontje huilt van schrik en bijt plots zijn nichtje.

 

Je rent ernaartoe en de jarige prinses laat de plek zien waar jouw zoontje heeft gebeten. Zijn tanden staan er goed in!

Je voelt je zo geraakt dat je meteen je zoontje beetpakt en hem streng toespreekt.

De visite doet er een schepje bovenop en nu weten ze het zeker, hij is jaloers.

 

Diezelfde avond zit je op de bank en je voelt je nog steeds geraakt door het bijtincident.

Aan de ene kant begrijp je het wel dat je kind heeft gebeten want zijn nichtje zat boven op hem. Hij kon geen kant op. Eigenlijk heeft je zoontje zichzelf weten te verweren en kwam hij voor zichzelf op. Maar ja bijten mag niet…….

Hoe had hij het dan moeten laten weten aan zijn nichtje, hoe had hij de juiste woorden moet vinden om het duidelijk te maken. En wat had jij kunnen zeggen of doen. Je voelt je rot dat je zo hardhandig je zoontje hebt beetgepakt en boos was.

Je zucht…jij zou heel graag willen weten hoe je zulke situaties beter kan aanpakken of benaderen. Want het is voor jou wel duidelijk, je zoontje is niet wreed en jaloers en verlegen! Hij is voor zichzelf opgekomen alleen hoe leer ik hem dat het ook anders kan?

 

Hoe zou het zijn....

Hoe zou het zijn…….

Wanneer je geen afstand meer voelt in de emotie van je kind?

 

Zelf doen! Jouw meisje riep dat al vroeg.

Zelf eten, zelf drinken en zelf kleren aandoen.

Soms met frustratie maar je zag vooral haar doorzettingsvermogen.

Je voelde je trots en je vertelde het graag aan iedereen.

In de vriendinnengroep hoorde je ze wel eens klagen dat ze nog alles moeten doen voor hun kinderen. En hoe heerlijk was het wanneer je zei: oh dat doet die van mij allang zelf.

 

Maar nu, nu is alles anders…

Je dochtertje huilt, lukt niet.

Je probeert haar nog aan te moedigen, jawel probeer maar.

Je dochtertje huilt nog harder, helpen.

Wat is dit nu, stel je niet aan je kan het best.

 

Je voelt aan alles dat het je boos maakt.

Je had alles geregeld voor de tijd. Want met een kwartier moeten jullie weg voor een afspraak op het consultatiebureau.

En je dacht dan kan ik mijn zoontje nog even voeden, jassen aan en in de auto.

Maar nu zit er druk op, je dochtertje werkt niet mee.

Ze doet er nog een schepje bovenop en roept: stomme mama…….

 

Je besluit om snel je zoontje te voeden en vast klaar te maken voor vertrek.

Je loopt met een stevige stap richting je dochtertje, je helpt haar stilzwijgend.

Je voelt afstand, een naar gevoel die je niet kent.

Je dochtertje voelt het ook en ze wil het graag goed maken en zegt: mama knuffel?

Alles in jou gaat tekeer. Je wil haar een knuffel geven maar omdat je, je zo boos voelt lukt dat niet. Je had het zo goed geregeld voor de tijd en heel je planning loopt in de soep.

 

Eenmaal op het consultatiebureau laat je dochtertje alles zien wat ze kan. De verpleegkundige zegt, knap hoor dat je dochtertje dat allemaal al kan. Gezien haar leeftijd loopt ze voor op haar ontwikkeling.

De verpleegkundige stelt je nog wat vragen voor in het systeem: zijn er nog heftige gebeurtenissen geweest die ik moet weten?

Verhuizing, overlijden, scheiding of geboorte broertje/zusje….

 

Plots komt het bij je binnen en je begrijpt het!

Zodra je thuis bent is er één ding te doen: dikke knuffel voor je dochtertje